Voor mensen in de stad zijn kleine hondenrassen vaak een stuk handiger dan grote. Een kleine hond biedt dezelfde voordelen als het houden van grote honden: je komt buiten en blijft in beweging, je wordt gewaarschuwd bij gevaar en er staat altijd een maatje voor je klaar.
Kleine honden hebben de reputatie dat het keffers en bijters zijn, maar dat is eerder te wijten aan opvoeding. Bovendien zijn er heel veel verschillende kleine hondenrassen met allemaal hun eigen temperament en gedragskenmerken.
In dit artikel lees je de voordelen van het houden van kleine honden en lichten we 10 leuke kleine hondenrassen uit.
Inhoud
Voordelen van het houden van kleine honden
• kleine honden nemen niet veel plek in en zijn dus geschikt voor een klein appartement
• je kunt een klein hondje lekker op schoot nemen
• ze passen prima in een fietsmandje voor honden
• ze mogen gratis mee in het openbaar vervoer (in een tas of op schoot)
• ze eten minder en dat scheelt in de kosten van hondenvoer
• de spullen die ze nodig hebben (riempjes, mandjes enz.) zijn kleiner en dus goedkoper
• bij gewichtsafhankelijke dierenartsbehandelingen bespaar je geld
• en, zeker niet onbelangrijk, kleine hondenrassen worden over het algemeen ouder dan grotere hondenrassen.
Toypoedel
De Poedel is van oorsprong een jachthond en over zijn origine wordt er gebekvecht tussen Frankrijk en Duitsland. Hij komt voor in vier grootteslagen en de Toypoedel is de kleinste.
Poedels hebben over het algemeen een krulvacht met een fijne, wollige en krullende structuur. Zeldzamer is de koordvacht, met dezelfde fijne, wollige structuur maar met de neiging om lange koorden te vormen. De officiële standaard van de Poedel keurt alleen effen gekleurde honden goed. Tegenwoordig worden ze ook in andere kleuren gefokt, onder de naam Parti-poedel.
Poedels verharen niet en ze verliezen minder huidschilfers dan andere honden, waardoor ze over het algemeen ook geschikt zijn voor mensen met allergieën. Daartegenover staat wel dat de vachtverzorging vrij intensief is en je bereid moet zijn daar tijd en geld in te investeren. Een regelmatig bezoek aan de trimsalon om de vacht weer in toilet te laten brengen is noodzakelijk.
De Toypoedel is, net als zijn grotere neven, een zeer intelligent, speels, en vriendelijk hondje met een groot zelfvertrouwen. Hij is makkelijk trainbaar en daardoor ook zeer geschikt voor diverse hondensporten.
Lhasa Apso
Hoog in de bergen van Tibet werden deze geharde, overvloedig behaarde hondjes eeuwenlang als waak- en gezelschapshond gehouden door boeddhistische monniken. Deze kloosterhondjes genoten een zeer hoog aanzien en werden angstvallig geïsoleerd gehouden van de buitenwereld. Mondjesmaat kwamen deze hondjes in het Westen terecht, waar ze al snel een van de meest populaire kleine hondenrassen werden.
De Lhasa Apso heeft er geen probleem mee om in een kleine ruimte te leven en is dus een prima gezelschapshondje voor in de grote stad. Het is een zelfverzekerd, vrolijk en aanhankelijk hondje. Verdraagzaam met kinderen, maar hij stelt hierbij wel grenzen.
Hij is waaks en kan zich wantrouwend opstellen tegenover vreemden. De prachtige, lange vacht vraagt wel de nodige verzorging. Een wekelijkse borstelbeurt is een must.
Chihuahua
De Chihuahua is genoemd naar de Mexicaanse staat waar hij voor het eerst werd waargenomen door Amerikaanse bezoekers aan het eind van de negentiende eeuw. Hij staat erom bekend het kleinste hondenras ter wereld te zijn, maar heeft nu wel concurrentie gekregen in de vorm van de Praagse Rattenvanger of Pražský Krysařík uit Tsjechië.
De Chihuahua stamt waarschijnlijk af van kleine honden die de Azteken gebruikten als offerdier en delicatesse. Vermoedelijk kwam de originele Chihuahua enkel met een korte vacht voor en is er later in de VS door middel van inkruisingen een langharige variant ontstaan.
Een Chihuahua is een zeer kleine hond (gewicht tussen 1 en 3 kg) met een appelvorming hoofd met grote, enigszins ronde ogen en een erg hoog gedragen staart. Het is een attent, levendig en moedig hondje met een pittige uitstraling.
Het gerucht gaat dat de korthaar wat feller is dan de langhaar. Hij is niet snel bang en kan het in zijn hoofd halen grote honden te provoceren, wat tot gevaarlijke situaties kan leiden. Hij is ook bijzonder waaks en slaat snel aan, en is over het algemeen wantrouwend tegenover vreemden. De chihuahua kan prima met kinderen overweg, maar gezien zijn kleine formaat moet je wel goed opletten dat kleine kinderen niet te ruw met hem omspringen.
Mopshond
De Mopshond, Pug in het Engels, Carlin in het Frans en Carlino in het Italiaans, is een kleine dogachtige en sinds eeuwen zeer geliefd als gezelschapsdier. Over zijn herkomst is zo veel gespeculeerd dat hierover niets met zekerheid valt te zeggen. De meest gangbare theorie is dat hij uit China afkomstig is en in de zestiende eeuw door Nederlandse handelslieden is meegebracht.
Een vierkant en gedrongen lijf, een rond en gerimpeld hoofd met een korte snuit en een krulstaart. Heel veel hond in een klein lichaam, kortom een molosser maar dan in dwergformaat (gewicht tussen 6 en 8 kg). De Mopshond heeft een korte, fijne en zachte vacht en kan de volgende kleuren hebben: beige (of fawn), zilver, abrikoos en zwart. Hij heeft alle kenmerken van een ideale gezelschapshond: vriendelijk, vrolijk, geduldig en levendig. Hij is uitermate tolerant tegenover kinderen.
Zijn korte vacht vergt weinig onderhoud.
De Mopshond heeft veel weg van de ideale gezelschapshond, maar hij heeft één groot nadeel: zijn korte snuit. De originele Mopshond had een langere snuit en die is gedurende de afgelopen decennia steeds korter geworden. Een te korte snuit veroorzaakt ademhalingsproblemen, uitpuilende ogen en huidontstekingen. In 2019 heeft de regering het fokken met kortsnuitige honden aan banden gelegd.
Commedia, de fokvereniging van de Mopshond, heeft het fokken stopgezet en is begonnen met het samenstellen van een fokprogramma om binnen een aantal generaties te kunnen voldoen aan de wetgeving. En daar wordt een hondje met een hart van goud alleen maar een nog fijner maatje van.
Een gezond hondje dat goed in zijn vel zit, daar worden we toch allemaal blij van?
Affenpinscher
Een kleine, zwarte, ruwharige pinscher met een uitbundige persoonlijkheid. Zijn korte, platte snuit en zijn borstelige wenkbrauwen en baard geven hem het aangezicht van een aapje. En leverden hem ook zijn naam op: Affenpinscher. Affen is het Duitse woord voor aap. Oorspronkelijk was hij hard aan het werk als ongedierteverdelger, maar dankzij zijn speelse en vrolijke aard won hij al snel populariteit als huishond.
De Affenpinscher is een klein hondje (gewicht tussen 4 en 6 kg) waar je heel veel plezier aan kunt beleven. Met zijn levendige en uiterst nieuwsgierige karakter en zijn onverschrokken territoriale neiging, waarbij hij zich totaal niet bewust is van zijn kleine afmetingen, zorgt hij voor een hoop amusement.
Hij is lief met kinderen, zeer aanhankelijk voor zijn eigen mensen, maar kan fel reageren naar vreemden toe. Ook de Affenpinscher valt, net als de Mopshond, met zijn korte snuit onder de rassen die aangepast moeten worden om aan de nieuwe wetgeving inzake de gezondheid van rashonden te voldoen.
Schipperke
Het Schipperke is een stoer, zwart hondje dat eeuwenlang gebruikt is als waakhond en ongedierteverdelger op binnenvaartschepen in Vlaanderen, België. Over zijn oorsprong is niet veel duidelijk. De ene theorie beschouwt het Schipperke als een spits, verwant aan de Duitse Keeshond. De andere theorie ziet het Schipperke als een kleine herdershond, familie van de Belgische Groenendaeler.
Het Schipperke is klein van formaat (gewicht tussen 3 en 9 kg) maar hij beschouwt zichzelf als een grote hond. Hij is waaks aangelegd en zal altijd alarm slaan bij onraad. Met kinderen is hij zeer voorzichtig, maar hij heeft wel de neiging om ze binnen in het gezin te verdedigen.
Het is een actief en nieuwsgierig hondje dat met zijn wendbaarheid en snelheid heel geschikt is voor hondensporten zoals behendigheid. Zijn vacht heeft niet veel verzorging nodig. Borstelen tijdens het verharen is voldoende.
Yorkshire Terrier
De voorouders van de Yorkshire Terrier werkten als ongedierteverdelgers in de mijnen en katoenfabrieken in Yorkshire, Engeland. In de tweede helft van de negentiende eeuw raakte dit aantrekkelijke hondje steeds meer in zwang als gezelschapsdier voor dames. Hij werd dan ook steeds kleiner en kleiner gefokt, tot het miniatuurterriërtje dat hij vandaag is. Hij weegt niet veel meer dan 3 kg.
Zijn enorm lange vacht lijkt het krimpen van zijn lijfje niet te hebben bijgehouden. Bij showhondjes zie je vaak dat de haren zo lang zijn, dat de vacht in krullers bijeengehouden wordt om het comfort buiten de ring te vergroten.
De Yorkshire Terrier is een krachtige, kleine terriër met een overvloedige vacht. De originele kleur is staalblauw met tan, maar hij wordt in steeds meer kleurvariëteiten gefokt. Zoals de driekleurige Biewer Terrier met zijn zwart en tan-vacht met witte aftekeningen.
Ondanks zijn kleine formaat en snoezelige uiterlijk, is de Yorkshire Terrier wel een echte terriër. Hij is levendig, moedig, intelligent en zeer waaks. Hij is zeer gehecht aan zijn gezin en aanhalig met kinderen, maar hij heeft ook een eigen willetje.
De ultralange vacht van de showhond heeft veel verzorging nodig en een dagelijkse borstelbeurt is dan ook een must. Als je daar geen tijd voor hebt, kun je de vacht ook in een trimsalon laten kortknippen.
Dwergkeeshond
De Dwergkeeshond is het kleinste neefje van de Duitse Keeshond. Door selectief fokken op grootte is uiteindelijk deze dwergvariant ontstaan. In Engelstalige landen wordt hij ook wel Pomeranian genoemd, naar de Duitse streek Pommeren, waar zijn voorouders vandaan komen.
De Dwergkeeshond heeft wel wat weg van een klein, fluffy balletje, met een vossenkopje en een zeer dikke en opstaande vacht. Hij komt voor in diverse kleuren. De rijke vacht dient regelmatig verzorgd te worden. Eén tot twee keer per week borstelen is een vereiste.
Het is een zeer waakzaam hondje dat snel geneigd is tot blaffen bij onraad. Zijn karakter is vrolijk en vriendelijk, nieuwsgierig en leergierig, soms een tikje eigenwijs, maar niet moeilijk op te voeden.
Maltezer
De Maltezer heeft een lange geschiedenis als gezelschapshond. Zijn naam suggereert dat hij afkomstig is van het eiland Malta, maar het zou ook kunnen verwijzen naar het Kroatische eiland Mljet in de Adriatische zee. Hoe dan ook kunnen we met enige zekerheid stellen dat zijn voorouders leefden in het gebied rond de Middellandse Zee. Al in de tijd van Aristoteles (384-322 v. Chr.) werd er melding gemaakt van een Maltezerachtig, klein hondje.
De Maltezer is een kleine hond (gewicht tussen 3 en 4 kg) met een lange, sluike, witte vacht en een elegante en trotse verschijning. Het is een levendig hondje met een vriendelijk en volgzaam karakter.
Zijn lange vacht vraagt om een dagelijkse borstelbeurt, maar omdat de ondervacht ontbreekt is het borstelen zelf niet zo bewerkelijk. Dagelijks vijf minuutjes borstelen is voldoende. Om zijn haren stralend wit te houden, is het ook raadzaam hem regelmatig te wassen. Als je die lange lokken toch wat te uitdagend vindt, kun je zijn vacht ook wat korter laten knippen in een trimsalon.
Italiaans Windhondje
Het Italiaans Windhondje, of Piccolo Levriero Italiano zoals hij in zijn thuisland wordt genoemd, is een eeuwenoud ras. Het is misschien wel het oudste ras dat exclusief als gezelschapshond gefokt is. Als een verkleinde versie van de windhonden waarmee gejaagd werd, speelde hij een rol als gezelschapsdier en statussymbool voor adellijke families.
Het Italiaans Windhondje is een echte windhond, maar dan in een klein formaat, met een gewicht van maximaal 5 kg. Het is een elegante, slanke hond, maar ondanks dat hij er zo fragiel uitziet, is het een sterk en taai dier met een grote weerstand tegen ziektes. Zijn vacht is fijn en glad en komt voor in de kleuren zwart, grijs en isabel (van crèmekleurig tot geelachtig rood).
Het is een vriendelijk, opgewekt, intelligent hondje dat enigszins verlegen is naar vreemden toe. Hij kan niet goed alleen zijn, dus als je veel van huis bent, is het handig om meerdere honden te houden. Een Italiaans Windhondje kan prima in de stad gehouden worden maar net als andere windhonden kun je hem beter niet laten loslopen in onomheind gebied. Als hij een konijn of kat ziet, rent hij er achteraan en dan is hij snel uit het zicht en buiten gehoorsafstand.
Ook een sportieve eigenaar kan prima uit de voeten met dit kleine sprintertje, want hij staat uitstekend zijn mannetje op de renbaan of in andere hondensporten waar snelheid een rol speelt.
Auteur: Nancy Coutteau